bijzonder getuigenis01

Bijzonder getuigenis

Johan Desplenter en echtgenote Claudine Galle klaar voor jaarlijkse bedevaart

“Banneux maakte iets wakker in mij”

 

Van 17 tot 21 augustus 2019 vindt voor de 77stekeer de bedevaart Brugge-Banneux plaats. 180 valide en mindervalide mensen melden zich dan present op het heiligdom. Zij worden er begeleid door zowat honderd verplegers en brancardiers, onder hen ook Johan Desplenter en Claudine Galle uit de Klijtenstraat in Tielt, hij voor de 5deen zij voor de 16dekeer. Of hoe interesse en engagement evolueerden naar overtuiging en diepzinnige beleving.


Johan Desplenter is de oudste van vier uit een Dentergems gezin. Hij werd in het Mariajaar 1954 geboren en kreeg dan ook als vierde voornaam Maria mee. Een voorteken? In 1966 ruilde hij de lokale basisschool voor het VTI in Tielt waar hij zich in de elektronica ging specialiseren. Met zijn diploma op zak kon hij aan de slag bij de Deinse firma LET Automotive dat als eerste toestellen op de markt bracht om koplampen van auto’s af te stellen en op vandaag een wereldspeler in die branche is. Johan reisde het land af om in inspectiestations de toestellen te ijken of bij te stellen.


In 1979 trad hij in het huwelijk met Claudine Galle en het gezin werd verrijkt met een zoon en een dochter. Ze vestigden zich in Tielt, eerst in Plantinstraat, later en tot op heden in de Klijtenstraat. In zijn vrije tijd zingt Johan bij het Onze-Lieve-Vrouwekoor en het Oostrozebeekse koor Terpsichore, begeleidt hij de fiets- en wandeltochten vanuit het dienstencentrum ’t Vijverhof en verzorgt hij het busvervoer voor de clienten van Kerckstede in Oostnieuwkerke, een voorziening voor mensen met een verstandelijke beperking waar dochter Isabelle tewerkgesteld is. Zoon Frederick is dan weer hoofdverpleegkundige op de spoedafdeling van het Jan Yperman-Ziekenhuis in Ieper.


Bedevaarten

“Claudine en ik maakten kennis met de decanale verloofdenwerking. In 1988 werd  met enkele koppels een gezinsgroep opgericht, geleid door priester Chris Deconinck, godsdienstleraar aan het toenmalige Sint-Jozefscollege”, vertelt Johan Desplenter. “Toen hij in 1994 benoemd werd tot pastoor in Rekkem, bleef hij tot onze opluchting voortrekker van deze gezinsgroep en dit tot op vandaag. Chris is  ook bezieler van de bedevaart Brugge-Banneux. Op een weekend in Porcheresse in 2003 vertelde hij over dat initiatief en over de nood aan verplegers en begeleiders. Miet Santermans en mijn echtgenote meldden zich meteen bereid, Miets man Herman Vande Walle en ikzelf zouden tien jaar later ook in de organisatie stappen.”


“Zo’n bedevaart bestaat uit een heen- en terugreis met bussen en het verblijf van vijf dagen ter plaatse. Validen en mindervaliden komen naar Banneux om te bidden of om zich luisterbereid ten dienste te stellen van anderen, om samen te eten, te zingen, te bidden, te lachen en te huilen. Allen vormen we één familie die samenkomt bij de Maagd der Armen. De eerste bedevaart vond plaats in 1937, tijdens de oorlogsjaren ’40-’45 waren er geen, en zo zijn we dit jaar aan de 77steeditie toe.”


“Lourdes, nee, daar was ik één keer en daar ga ik nooit meer naartoe: een in ruimte beperkt heiligdom en voor de rest niets dan commercie. In Banneux wacht een ‘Sanctuaire’ van 12 ha, ooit eigendom van een baron die het aan de bedevaarders schonk om een bekomen gunst. Vooraan vind je de plaats van de verschijningen en de bron, daarachter het bezinningsdomein met de Esplanade met hoofdaltaar, en helemaal achterin de grote bedevaartskerk die gebouwd werd in 1985, het jaar waarin paus Johannes Paulus II Banneux bezocht, en die plaats biedt aan 4.000 gelovigen. Buiten dit immense domein vind je één handelsstraatje met drie winkels en vijf cafés. Jaarlijks komen zowat 700.000 pelgrims naar Banneux.”


“Van 15 januari tot 2 maart 1933 verscheen in Banneux de Maagd Maria acht keer aan Mariette Beco, een meisje van 11 jaar en oudste in een gezin met zeven kinderen. Maria zou zich ‘la Vierge des Pauvres’ genoemd hebben en de bouw van een kapel gevraagd hebben. In 1949 werd het bovennatuurlijke karakter van de verschijningen door de bisschop van Luik bevestigd en in 1952 erkend door het Vaticaan. Mariette Beco leefde later teruggetrokken, maar zocht incognito af en toe de kapel en de bron – waaraan een geneeskrachtige werking wordt toegeschreven - op het domein in Banneux op. Chris Deconinck had het geluk haar daar ooit in levende lijve te hebben mogen ontmoeten. Ze overleed in 2011 op 88-jarige leeftijd.”


Toen Johan Desplenter in 2015 de eerste keer officieel als begeleider meereisde naar Banneux, vroeg een van de verantwoordelijken hem om een rolstoelpatiënt eens tot in het dorp te voeren omdat die man daar iets of iemand wilde opzoeken. Het duurde even voor de medereiziger het huis dat hij zocht gevonden had. Er was een nonnetje aan het werk en ze begroette haar bezoekers hartelijk in het … West-Vlaams.


Gebed

“En toen gebeurde er iets speciaals”, herinnert Johan Desplenter zich nog levendig. “Mijn gast vroeg of hij binnen even een kijkje mocht gaan nemen. Hij toonde me de weg en het nonnetje volgde ons. We betraden een stille ruimte en kijk, daar is iets wakker geworden in mij. Wij bezoeken kerken en kathedralen, we bewonderen de pracht en de praal van architectuur en van kunstwerken, en hier werd ik geconfronteerd met de absolute soberheid: een klein altaartje, twee banken om op te zitten en anders niets, alleen leegte. Hier kon je niet afgeleid worden, hier was je helemaal alleen. De zuster had een kaartje bij met een gebed. Mijn gast wees het kaartje af, hij kende het gebed helemaal van buiten. Hij bad ingetogen maar overtuigd.”


Het ging over ‘Het gebed van overgave’ van Charles de Foucauld, grondlegger van een nieuwe christelijke spiritualiteit. Hij verliet het trappistenklooster waar hij was ingetreden om dichter bij de armen te leven. Pas postuum kreeg hij erkenning en navolging. Zo ontstonden na zijn dood in 1916 verschillende gemeenschappen, zoals de Kleine Broeders van het Evangelie en de Kleine Zusters van Jezus.


“De bijzondere situatie bleef nazinderen in mijn hoofd. Het jaar daarop nam ik mijn vrouw en enkele andere medereizigers mee naar het huis met de kapel. Er waren nog maar een paar nonnetjes en die wisten dat ze binnenkort ook zouden moeten verhuizen. In 2017 zocht ik mijn rolstoelpatiënt weer op en ik nam hem weer mee naar het dorp. De zusters waren weg, zoals voorspeld.”


“Maar er was iets nieuws in de plaats gekomen: de band met mijn gast. Na een nieuwe voetoperatie revalideerde hij in Ter Duinen in Nieuwpoort en ik zocht hem daar op. Hij vertelde almaar meer over zijn leven, over zijn roeping die niet aanvaard werd omdat hij aan epilepsie leed, over zijn lichamelijk leed. Sedertdien bel ik hem ook elke dinsdag op en ga maandelijks op bezoek. Dat heeft Banneux bij mij teweeggebracht”, rondt Johan Desplenter zijn verhaal af en kijkt gedreven uit naar de volgende bedevaart naar Banneux.